PROJECT: JOODSE FEESTEN, VIERINGEN EN GEDENKDAGEN
Inleiding
Weet jij wat de oorsprong is van Pasen? Of waarom we met Pinksteren vrij zijn? Dit zijn christelijke feestdagen, die we in Nederland vieren met op z’n minst een vrij weekend. Er zijn echter maar weinig mensen die je precies de oorsprong kunnen vertellen van deze feestdagen.
Voor de Joodse feest- en gedenkdagen geldt dit nog sterker. Het is interessant om meer te weten te komen over deze dagen, omdat de oorsprong en de manier van vieren veel vertelt over de Joodse geschiedenis, godsdienst, cultuur en gebruiken.
De komende 7 lessen gaan we onderzoek doen naar de Joodse feesten, vieringen en gedenkdagen. Het eindproduct is een digitaal werkstuk waarin je uitleg geeft over de verschillende feestdagen. Je kiest aan het begin van het project of je alleen of in een drietal werkt. Elke week worden er drie feestdagen behandeld in de les en staan er bijpassende teksten en filmpjes klaar in de planner van ELO. Je levert het werkstuk uiterlijk donderdag 19 juni 17.00 uur via het ELO-inleverpunt in.
Lees deze instructie goed door, zodat je weet wat er van je verwacht wordt. Voor de leesbaarheid schrijf ik in de rest van dit document ‘feestdagen’. Daarmee worden ook de vieringen en gedenkdagen bedoeld.
Eindproduct
Het eindproduct bestaat uit een product of een werkstuk. Je kunt kiezen voor een ‘klassiek werkstuk’; teksten met plaatjes, maar je mag ook kiezen voor een andere vorm. Denk daarbij aan: een website, een kalender, een blog, een krant, een fotoreportage met uitleg, een spel, een vlaggenlijn, een poster etc. Mocht je zelf nog een ander idee hebben; informeer gerust of dat mag.
Belangrijk: verlies jezelf niet in de vorm. Een website bouwen klinkt natuurlijk heel leuk, maar je kunt er ook (te) veel tijd aan kwijt zijn. Maak hier dus een bewuste keuze in!
Inleveren: uiterlijk donderdag 19 juni voor 17.00 uur via ELO. Werk je op papier? Lever je werkstuk dan op donderdag 19 juni in de kleine pauze (10.30 uur) in lokaal H205 in.
Individueel, in een tweetal of in groepjes van 3
Maak aan het begin van het project de keuze of je graag alleen, in een tweetal of een drietal werkt.
· Werk je alleen, dan kies je elke week 1 feestdag om uit te werken voor je werkstuk. De informatie van de andere feestdagen lees je door, bekijk of beluister je, maar je hoeft er niets over te schrijven.
· Werk je in een tweetal; dan kies je elke week twee feestdagen om uit te werken voor je werkstuk. De informatie van de andere feestdag lees je door, bekijk of beluister je, maar je hoeft er niets over te schrijven.
· Werk je in een drietal; dan verdelen jullie per week de feesten. Je leest, bekijkt of beluistert de informatie bij alle drie de feestdagen. De informatie van ‘jouw’ feest verwerk je in een tekst voor het werkstuk.
· Wanneer je in een tweetal of drietal werkt, noteren jullie bij elk stukje wie het geschreven heeft.
Lessen
Tijdens de lessen verwerf je informatie. Je mag zelf kiezen hoe je dat doet. Ik zal tijdens de les m.b.v. een powerpointpresentatie jullie informatie geven over de feestdagen. Je mag echter ook kiezen om de informatie te verwerken via de teksten, filmpjes en video-instructies die in de planner van ELO staan.
Informatiebronnen
Via de planner bied ik jullie elke week informatiebronnen (filmpjes, teksten en video-instructies) bij de drie feestdagen. Hier kun je gebruik van maken. Je mag daarnaast uiteraard ook informatie van internet gebruiken. Beoordeel wel steeds of dat om betrouwbare informatie gaat. Dat doe je bijvoorbeeld door te checken of je deze informatie ook in boeken of op andere sites vindt. Je kunt ook bekijken of de auteur betrouwbaar is.
Inhoud
Van elk feest beschrijf je in ieder geval de volgende aspecten in je werkstuk:
· Wanneer wordt het feest gevierd?
· Wat viert of herdenkt men bij dit feest?
· Staat er iets over dit feest in de Tenach?
· Hoe viert men dit feest? Wat doet men? Wat zijn de gebruiken?
· Zijn er bepaalde voorwerpen of etenswaren die bij dit feest horen?
· Voeg één of meerdere foto’s of plaatjes toe die laten zien hoe men dit feest viert.
Citeren en parafraseren
Het is belangrijk dat je de informatie in eigen woorden schrijft. Dat wordt parafraseren genoemd. Parafraseren is meer dan één moeilijk woord in een zin vervangen door een makkelijker woord. Het is dus de bedoeling dat je vanuit verschillende bronnen informatie leest en vervolgens echt je eigen zinnen formuleert.
Neem je hele zinnen letterlijk over van een bron; dan is dat voor mij zichtbaar door de plagiaatcontrole van ELO.
In sommige gevallen is het wel zinvol om een zin letterlijk over te nemen. Bijvoorbeeld als je een spreuk die bij een bepaald feest gezegd wordt, letterlijk overneemt. In dat geval citeer je de tekst. Je zet de tekst cursief, tussen aanhalingstekens en vermeld de bron direct achter het citaat.
Voorbeeld: Bij het overlijden wordt het Sjema uitgesproken: “Hoor Israël, de Heer is onze God, de Heer is de Enige. Heb daarom de Heer, uw God, lief met hart en ziel en de inzet van al uw krachten.” (God, Adonai, Allah, p.99)
Bronvermelding
Wanneer je een tekst schrijft en daarvoor informatie hebt gebruikt, vermeld je de bronnen die je gebruikt hebt. Dat betekent dus dat je bij elk stukje tekst dat je schrijft (ook wanneer je het parafraseert!) de bron vermeldt door deze achter het stukje tekst te zetten. Dat ziet er niet mooi uit, maar je laat hiermee wel zien waar je je informatie vandaan hebt.
Normaal gesproken leer ik jullie met dit project hoe je op de officiële manier bronnen vermeldt. Die manier is best ingewikkeld. Omdat je de boeken in het lokaal nu niet fysiek kunt raadplegen, doen we dat nu op een eenvoudigere manier.
Bron
bronvermelding
Voorbeeld
Geschreven tekst van ELO
(Naam van het document, ELO)
(Tekst Chanoeka 1, ELO)
Filmpje
(Titel van het filmpje, bron)
(Het verhaal bij Rosj Hasjana, schooltv.nl)
Website
(Link)
(https://weetwatjeviert.nl/alle-feestdagen/pesach/)
Boek
(Titel, paginanummer)
(God, Adonai, Allah, p.99)
Inleveren
Je levert je eindproduct uiterlijk donderdag 19 juni 17.00 uur in via het ELO-inleverpunt. Accepteert ELO jouw type bestand niet (powerpoints en websites kun je niet via ELO inleveren), dan mail je het bestand naar: c.vander.mars@cgu.nl
Je werk wordt beoordeeld met een cijfer dat 2x meetelt.